Vandaag kwam juf Judith in de klas en gingen we met GroepsGeluk aan de slag. Dat doen we om de dynamiek in de klas zichtbaar te maken. Zo kunnen we elkaar en ons gedrag beter begrijpen.
Alle kinderen en de juf mochten een poppetje kiezen waarop onze naam werd gezet. Iedereen moest zijn poppetje op het groene veld plaatsen en zeggen: “Ik ben (naam) en ik zet mijn poppetje hier neer.” We konden zelf kiezen waar we ons poppetje wilden plaatsen. De juf deed ook mee en plaatste haar poppetje op het veld. In de hoek van het veld lag een rond houten plaatje voor de kinderen die die dag niet aanwezig waren. Zo lieten we zien dat zij ook bij onze groep horen.
Toen we alle poppetjes op het veld hadden neergezet, vroeg juf Judith wat ons opviel. We zagen dat er veel groepjes bij elkaar stonden en sommige poppetjes stonden juist weer alleen. Vriendengroepen stonden dicht bij elkaar. We merkten dat er veel ruimte over was op het veld. Juf Judith vroeg daarna of iemand zijn poppetje misschien wilde verplaatsen. Sommige kinderen deden dit, maar de meeste vonden dat hun poppetje goed stond.
Daarna gingen we aan de hand van een houten schoolbusje vertellen hoe we ons voelden. Om de beurt kreeg iemand het busje met vier poppetjes in zijn hand. Elk poppetje drukte een emotie uit: blij, boos, verdrietig en bang. We moesten het poppetje dat het beste bij onze gevoelens paste, voorin zetten en de andere poppetjes daarnaar rangschikken. Daarna mochten we er iets over vertellen. Het was een makkelijke manier om onze gevoelens met de klas te delen en uit te leggen waarom we ons zo voelden.
Hierna mocht iedereen zijn poppetje verplaatsen. En poppetjes die eerst alleen stonden werden nu omgeven door andere poppetjes. Dat voelde goed.
Het was fijn om te zien dat iedereen goed meedeed maar ook heel eerlijk was.
En nu maar hopen dat we elkaar nog beter kunnen begrijpen waardoor iedereen zich in de groep fijn voelt en goed kan leren.